Trijntje zingt samen met megakoor voor longonderzoek

Meer dan 800 zangers hebben vanmiddag meegedaan aan ADEMNOOT in het Klokgebouw in Eindhoven. Samen met Trijntje Oosterhuis vormden zij een megakoor om aandacht te vragen voor mensen met een longziekte en longonderzoek. Ook Berget Lewis zong mee. Het was de tweede editie van dit unieke zangevenement georganiseerd door het Longfonds, in samenwerking met Philips. Er werd 151.520 euro opgehaald. 

Onder leiding van Ton van Diepen, dirigent van Popkoor Prestige, werden de 800 stemmen opgewarmd om daarna volop te repeteren. Vervolgens werden vijf nummers, waaronder ‘Something inside so strong’ meerstemmig gezongen. Alexandra Alphenaar, actrice en Longfonds-ambassadeur, presenteerde de muzikale middag. Trijntje is laaiend enthousiast: ‘Het is zo bijzonder al deze stemmen samen: echt kippenvel tot je kruin! Iedereen zong letterlijk de longen uit zijn lijf. Veel deelnemers doen mee vanuit persoonlijke reden. Dat zorgde voor mooie, maar ook emotionele momenten.’

Bijzondere verhalen
Eén van die deelnemers aan ADEMNOOT is Anton Steenhart. Ondanks zijn gezonde en actieve leven werd hij begin vorig jaar volkomen onverwacht getroffen door meerdere levensbedreigende longziekten. Anton: ‘Het zingen heeft mij kracht gegeven en door dit moeilijke jaar heen gesleept.’ Ook broer en zus Ton en Marieke van der Lee zongen mee: ‘Papa heeft de zeldzame longziekte longfibrose en onderging in oktober een longtransplantatie.’ Marieke: ‘Onze lieve papa en opa van onze kids vecht als een leeuw om er bovenop te komen. Wij als muzikale familie kunnen niet achterblijven om onze stem te laten horen en geld in te zamelen voor longonderzoek.

Zingen is goed voor je longen
Volgens Trijntje heeft zingen een positieve invloed op je longen. ‘Het inspireert mij enorm om te zien hoe mijn eigen passie voor muziek longpatiënten op de been houdt. Zingen is op zoveel fronten goed voor je. Het verbetert de conditie van je longen, het zorgt ervoor dat je een stofje aanmaakt waardoor je je gelukkig voelt en het haalt patiënten bovendien uit een sociaal isolement.’

Elk uur overlijdt iemand
De opbrengst van ADEMNOOT gaat naar longonderzoek. ‘En dat is hard nodig, want elk uur overlijdt iemand in Nederland aan een longziekte’, zegt Longfonds directeur Michael Rutgers. ‘Het is geweldig dat zoveel mensen in actie zijn gekomen voor het Longfonds. Met dit prachtige bedrag kunnen we investeren in belangrijk longonderzoek naar het voorkomen van astma bij kinderen en het repareren van kapotte longen.’

Samen strijden voor gezonde longen
Samen met Philips strijdt het Longfonds voor gezonde lucht en gezonde longen. In Nederland hebben 1,2 miljoen mensen een ongeneeslijke longziekte. Ademhalen is voor hen een dagelijkse of terugkerende strijd. Een strijd die ze niet alleen kunnen winnen. Roy Jakobs, Chief Business Leader Personal Health Philips: ‘We zijn een toegewijde partner van het Longfonds. We proberen longziektes beter te controleren met oplossingen in beademingszorg, zuurstoftherapie en respiratoire toediening van medicatie.’ Speciaal voor ADEMNOOT heeft Philips in 2018 een actie opgezet, waarmee 50.000 euro is opgehaald. Voor elke verkochte luchtreiniger heeft Philips 10 euro gedoneerd aan het Longfonds.  

Vaker online op zoek naar informatie over gezondheid

Nederlanders zoeken steeds vaker informatie over gezondheid en leefstijl op internet. Twee derde van de Nederlanders van 12 jaar of ouder zei hier in 2018 online naar op zoek te zijn geweest. Ook wordt internet steeds vaker gebruikt om afspraken te maken met medisch specialisten of huisartsen of om medicijnen te kopen. Dat blijkt uit de nieuwste cijfers van het onderzoek ICT-gebruik van huishoudens en personen 2018 van het CBS.

Van de Nederlanders van 12 jaar of ouder zocht 67 procent in 2018 online naar informatie over gezondheid en leefstijl. In 2012 was dit nog niet de helft. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om informatie over ziekten, voeding of beweging. Het percentage vrouwen dat op internet op zoek was naar dit soort informatie was hoger (71) dan het percentage mannen (63).

Ouderen minst vaak online op zoek naar informatie over gezondheid

Het zijn vooral 25- tot 45-jarigen die online zochten naar informatie over gezondheid; 80 procent van de personen in deze leeftijdsgroep had dit in 2018 gedaan. Van de Nederlanders in de leeftijdscategorieën van 45 tot 65 jaar en 65 jaar of ouder gaf 70 procent en 52 procent aan online op zoek te zijn geweest naar informatie over gezondheid.

Verder geldt dat het aandeel hoogopgeleide Nederlanders dat deze informatie zocht (81 procent) groter is dan het aandeel middelbaaropgeleiden (73 procent). Onder middelbaaropgeleiden was dat weer hoger dan onder laagopgeleiden (49 procent).

Kwart Nederlanders maakt afspraak online

Een kwart van de Nederlanders van 12 jaar of ouder maakte in 2018 gebruik van het internet om een afspraak te maken met een huisarts of medisch specialist. In 2012 was dit 10 procent. Het zijn vooral Nederlanders van 25 tot 45 jaar die dat doen (33 procent). In de leeftijdscategorieën van 45 tot 65 jaar en 65 jaar of ouder maakte 26 procent en 18 procent van de Nederlanders online een afspraak. Van de jongeren van 12 tot 25 jaar deed 20 procent dit.

Het percentage hoogopgeleiden (34) dat online actief is om afspraken te maken is groter dan het percentage laagopgeleiden (16). Middelbaaropgeleiden zaten hier met 26 procent weer tussenin. Er is op dit punt geen verschil tussen mannen en vrouwen.

Steeds vaker aankopen medicijnen online

Niet alleen zijn Nederlanders steeds vaker op internet op zoek naar informatie over gezondheid en leefstijl, ook kopen ze vaker medicijnen online. Kocht in 2012 nog geen 3 procent medicijnen via internet, in 2018 was dit gestegen naar 10 procent.

Nederlanders van 25 tot 45 jaar en 45 tot 65 jaar kopen even vaak medicijnen online. Van deze leeftijdsgroepen gaf 12 procent aan medicijnen via internet aangeschaft te hebben. Onder Nederlanders van 12 en 25 jaar en voor 65-plussers ligt dat met respectievelijk 7 procent en 8 procent lager.

Nederland koploper in Europa met online informatie zoeken over gezondheid

Nederland heeft van alle EU-28 landen het hoogste percentage mensen van 16 tot 74 jaar dat informatie opzoekt over gezondheid op internet. In 2018 had 72 procent van de Nederlanders van deze leeftijd dat gedaan, het gemiddelde van de Europese Unie was 52 procent.

Nederland staat op de vierde plaats als het gaat om online afspraken maken. In 2018 had 27 procent van de Nederlanders een afspraak online gemaakt, bijvoorbeeld met een specialist van een ziekenhuis of een gezondheidscentrum. Het EU-gemiddelde lag op 17 procent. In Finland was dit aandeel het grootst (44 procent), gevolgd door Denemarken (41 procent).

Online medicijnen kopen is een minder gangbare online activiteit. 9 procent van de EU-burgers doet dit. Nederland staat in Europa op de vijfde plaats met 11 procent. In Duitsland (24 procent), Zweden (23 procent) en Denemarken (17 procent) worden medicijnen vaker online aangeschaft.

90 miljoen voor inzet technologie bij zorg thuis

Hugo de Jonge.

Inzet van technologie kan voor veel ouderen met een chronische ziekte of beperking van betekenis zijn, om met een goede kwaliteit van leven zelfstandig te kunnen blijven wonen. Om de inzet van zulke e-health toepassingen toe te laten nemen, investeert het kabinet de komende jaren 90 miljoen euro via een stimuleringsregeling. Aanbieders van zorg en ondersteuning kunnen dit voorjaar samen met inkopers dit voorjaar daarvoor plannen indienen.

De toepassing van technologie in de zorg en ondersteuning wordt steeds belangrijker. Door e-health kan beter en effectiever zorg en ondersteuning verleend worden en het kan zorgmedewerkers ontlasten.  Voor de ouderen of chronisch zieken en hun mantelzorgers draagt e-health onder andere bij aan meer regie en meer bewegingsvrijheid en zorgt het ervoor dat zij met een grotere kwaliteit van leven langer thuis kunnen wonen. Om deze redenen zet minister De Jonge (VWS) in het programma Langer Thuis in op het op grotere schaal gebruiken van e-health. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om valsensoren, elektronische sleuteloplossingen, wondverzorging op afstand, communicatieplatforms tussen professionals onderling en de cliënt, leefstijlmonitoring, maar ook technologie die een mantelzorger in staat stelt op afstand in de gaten te houden hoe het met zijn naaste gaat.

Stimuleringsregeling E-Health Thuis

Ondanks de toegevoegde waarde en de toename van het aantal innovatieve toepassingen, blijken in de praktijk barrières te bestaan voor ouderen, professionals, aanbieders van ondersteuning en zorg en inkopers om op grotere schaal met e-health toepassingen te gaan werken. Ouderen en professionals hebben soms training nodig om te leren hoe ze de e-health toepassing gebruiken. Werkprocessen en inkoopcontracten vragen vaak aanpassing. Met de Stimuleringsregeling E-Health Thuis wordt een stevige impuls gegeven aan innovatieve en digitale zorg thuis, die ouderen zelfredzamer maken en eraan bijdragen dat ouderen langer veilig en verantwoord thuis kunnen wonen.
Er zijn al veel e-health toepassingen ontwikkeld die bruikbaar zijn voor deze mensen, maar minister De Jonge wil graag dat die voor meer cliënten beschikbaar komen als onderdeel van de reguliere ondersteuning en zorg. De komende 3 jaar is er jaarlijks € 30 miljoen beschikbaar om op grotere schaal en structureel e-health in te zetten in de reguliere zorg en ondersteuning van ouderen en mensen met een (risico op) chronische ziekte of beperking die thuis wonen. Vanuit de regeling kunnen in totaal ongeveer 280 initiatieven bekostigd worden. Aanbieders van Wmo-ondersteuning, Zvw- of Wlz- zorg thuis kunnen samen met één (of meer) inkopers van ondersteuning en zorg een aanvraag indienen. Vanaf 1 maart 2019 staat de regeling open voor aanvragers.

Langer Thuis

Het aantal ouderen neemt toe in Nederland van zo’n 1,3 miljoen 75-plussers in 2019 tot 2,1 miljoen in 2030. Ouderen worden ook ouder, blijven langer vitaal en wonen als gevolg daarvan langer zelfstandig thuis. In het programma Langer Thuis wordt ingezet op het verbeteren van drie belangrijke randvoorwaarden voor een goede kwaliteit van leven voor de groeiende groep thuiswonende ouderen. Het programma Langer Thuis is samen met de programma’s Eén tegen Eenzaamheid en Thuis in het Verpleeghuis onderdeel van het Pact voor de Ouderenzorg waarin 2018 rum 200 partijen zich committeerden aan het verbeteren van de zorg voor onze ouderen door de strijd aan te gaan tegen eenzaamheid, de kwaliteit van de verpleeghuiszorg te verbeteren en thuiswonen beter mogelijk te maken.