Onbekend virus EV-D68 kan leiden tot verlammingen

Gerelateerde afbeeldingArts-microbioloog Coretta Van Leer en viroloog Bert Niesten van het UMCG waarschuwen voor de gevolgen van het nog vrij onbekende enterovirus D68. Dit polio-achtige verkoudheidsvirus kan kinderverlammingen veroorzaken. De diagnose is moeilijk te stellen, reden waarom zij er voor pleiten om veel meer te testen op de aanwezigheid van dit virus bij verkoudheidsverschijnselen bij kinderen. Tot op heden is er geen meldingsplicht voor de verlamming die door dit virus wordt veroorzaakt; Van Leer en Niesten willen dat dit wel verplicht wordt, om daarmee in Europees verband meer zicht te krijgen op het aantal kinderen dat getroffen is.

Wat is enterovirus D68?

Enterovirus-D68 (EV-D68) is een verkoudheidsvirus dat zich in de luchtwegen vermenigvuldigt; het verschil  met het verwante poliovirus is dat het laatste zich voornamelijk in de darm vermenigvuldigd. Veruit de meeste besmettingen met EV-D68 zijn heel mild, het merendeel van de patiënten krijgt van EV-D68 alleen een snotneus. Maar in enkele gevallen leidt het tot verlammingen; dit komt waarschijnlijk doordat het ruggenmerg aangetast raakt. EV-D68 zorgt voor verlammingen in het bovenlichaam. Gevolg hiervan kan zijn dat patiënten niet altijd meer zelfstandig kunnen ademen of spierkracht in hun schouder of arm verliezen. Als na een MRI-scan is gebleken dat de verlamming het gevolg is van schade in het ruggenmerg,  heet de aandoening AFM, of ‘Acute Flaccid Myelitis’.

Hoe is EV-D68 te herkennen?

Als iemand na een verkoudheid onverklaarbare verschijnselen van een spierverlamming krijgt, kan er getest worden op EV-D68. Dat kan eenvoudig door met een wattenstaafje neusslijm af te nemen en te laten testen in een laboratorium. Er is geen behandeling tegen. Het gebruik van steroïden bij besmetting wordt sterk afgeraden, omdat het virus zich daardoor beter vermenigvuldigt.

Komt het veel voor?

Het virus heeft zowel in 2014 als in 2016 een golf van besmettingen veroorzaakt. In Nederland zijn in 2016 zo’n veertig patiënten bekend besmet geraakt met EV-D68 en twee patiënten zijn verlamd  geraakt. In Europa zijn tot nu toe enkele honderden gevallen bekend van opnames op een IC-afdeling; bij ongeveer dertig kinderen met verlammingen bleek de diagnose EV-D68. Van Leer en Niesters denken dat dit er in werkelijkheid meer zijn. Door onbekendheid van het virus worden niet altijd de juiste testen gedaan en de juiste diagnose gesteld. Verder is het niet verplicht dat artsen melding maken van AFM veroorzaakt door een besmetting met EV-D68.

Is er een behandeling?

Er is geen behandeling bekend die leidt tot volledig herstel, dus de verlammingen zijn voor een deel blijvend. Niet alle gevallen van AFM zijn even ernstig; er zijn ook mildere vormen bekend die wel tot een goed herstel leiden.

Hoe nu verder?

Naar verwachting wordt het virus in 2018 weer actiever. Niesters en Van Leer van het UMCG willen de aanwezigheid van EV-D68 in Europa beter in kaart te brengen. In Oost- en Zuid-Europa wordt veel te weinig getest op het virus, waardoor te weinig harde cijfers bekend zijn. Sinds kort staat de aandoening op de lijst van ‘zeldzame ziektes’. Met een vergelijkbare aanpak als tegen polio moet het mogelijk zijn om een vaccin te ontwikkelen tegen EV-D68. Polio komt vrijwel niet meer voor in de wereld.

Hersengebieden raken geïsoleerd bij parkinsonpatiënten met hallucinaties

FigurePatiënten met de ziekte van Parkinson die last hebben van visuele hallucinaties – zoals het zien van dieren of mensen die er niet zijn – vertonen andere verbindingen op hersenscans dan patiënten zonder hallucinaties. Dat zagen onderzoekers van VUmc op fMRI-scans. Deze bevinding zou een aanknopingspunt kunnen vormen voor een toekomstige behandeling. En ze kunnen verklaren hoe deze symptomen überhaupt ontstaan, want dat is nog een mysterie. De studie is vorige week gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Radiology.

Wetenschappers van VUmc onderzochten de functionele MRI’s – fMRI-scans – van 15 parkinsonpatiënten mét hallucinaties, van 40 patiënten zonder en van 15 gezonde proefpersonen. De hersenscans van alle patiënten met de ziekte van Parkinson lieten zien dat er minder onderlinge communicatie was tussen verschillende hersengebieden dan bij de gezonde proefpersonen. Maar, bij parkinsonpatiënten die last hadden van visuele hallucinaties, waren er nóg meer hersengebieden die minder communiceerden met andere gebieden. ‘De gebieden die te maken hebben met aandacht en met het verwerken van visuele informatie lijken bij parkinsonpatiënten met hallucinaties geïsoleerd te raken van de rest van de hersenen’, aldus Dagmar Hepp. Zij is neuroloog in opleiding bij VUmc en bezig met een proefschrift over visuele hallucinaties bij de ziekte van Parkinson.

Dieren
De hallucinaties zijn vaak erg levendig en vrijwel uitsluitend visueel van aard, zoals bijvoorbeeld het zien van dieren of familieleden die er op dat moment niet zijn of zelfs al overleden zijn. Tot wel 75% van alle parkinsonpatiënten krijgt te maken met visuele hallucinaties. Deze zijn gerelateerd aan stoornissen in de cognitie (zoals aandacht en geheugen) en hebben een zeer grote impact op de kwaliteit van leven en de druk op mantelzorgers. Op het moment dat patiënten niet meer door hebben dat het om hallucinaties gaat, en zij een ‘parkinsonpsychose’ hebben ontwikkeld, is er al snel sprake van de overgang naar dementie bij de ziekte van Parkinson.
Hepp: ‘We proberen het mysterie van de soms erg beangstigende visuele hallucinaties te ontrafelen en toe te werken naar nieuwe opties voor behandeling. Een paar weken terug verscheen bijvoorbeeld ons andere artikel over parkinsonpatiënten met visuele hallucinaties op Nature.com. Wij hebben beschadigingen gevonden aan vezels die een van de belangrijkste signaalstoffen in ons brein transporteren: acetylcholine. Deze beschadigingen zouden kunnen leiden tot een tekort van deze signaalstof, wat de verstoringen in hersencommunicatie zouden kunnen verklaren.’

Ziekte van Parkinson
De ziekte van Parkinson is een hersenziekte, en treft ongeveer 1 op de 1.000 mensen. Op dit moment zijn er in Nederland ongeveer 55.000 patiënten met de ziekte van Parkinson. Bij VUmc loopt een landelijke studie (CHEVAL), waarin onderzocht wordt of visuele hallucinaties kunnen worden onderdrukt met een medicijn dat de hoeveelheid acetylcholine in de hersenen verhoogt.

Medicatie op basis DNA-profiel

Farmagenetica profiel op kaartjeHet Erasmus MC heeft een polikliniek Farmacogenetica in het leven geroepen. Hier kunnen patiënten terecht die beginnen met psychiatrische medicatie.

DNA-profiel
De dosering wordt in deze polikliniek vastgesteld op basis van hun DNA-profiel, waardoor medicatie op maat mogelijk is. Vooralsnog betreft het een proef tot eind 2017.

Bijwerkingen
Medicatie voor psychiatrische patiënten heeft vaak bijwerkingen of blijkt niet effectief. Het is vaak zoeken naar het juiste medicijn en de juiste dosering per individuele patiënt. De genetische aanleg van patiënten kan een rol spelen in het omzetten en afbreken van medicatie.

Werkzaamheid
Vijf tot 10% van de mensen heeft bijvoorbeeld een probleem met een enzym in de lever waardoor ze meer bijwerkingen of minder werkzaamheid van medicatie kunnen hebben dan andere mensen. Met DNA-profilering heeft men bij voorbaat meer zekerheid over de werking van de medicatie. Tot medio december 2017 kunnen patiënten verwezen worden via het verwijsformulier op de website.

Specialistisch
Het Erasmus MC is uniek met deze specialistische polikliniek. De poli past in het streven van het Erasmus MC om te komen tot Personalized Medicine: effectievere zorg met minder bijwerkingen, dus een veiligere behandeling.

Initiatief
De polikliniek Farmacologie is een initiatief van de afdelingen Klinische Chemie (prof.dr. Yolanda de Rijke en prof.dr. Ron van Schaik) en Psychiatrie (prof.dr. Witte Hoogendijk) en wordt gehouden door dr. Roos van Westrhenen, psychiater en klinisch farmacoloog.