Philips opent nieuw co-creatie centrum voor digitale zorginnovatie

Philips maakt vandaag de opening bekend van het eerste HealthSuite Lab op High Tech Campus Eindhoven. Dit nieuwe centrum voor co creatie biedt een omgeving voor versnelde ontwikkeling en uitwerking van nieuwe zorgmodellen mogelijk gemaakt met ondersteuning van de nieuwste digitale technologieën. Zorgbestuurders en huisartsen kunnen in het centrum in multidisciplinaire teams samenwerken met patiënten, ontwerpers, programmeurs en medische en zakelijke experts aan de co-creatie en implementatie van geïntegreerde en connected zorgoplossingen om de zelfredzaamheid van patiënten en de continuïteit van de zorg te vergroten.

Tevens maakt Philips bekend dat het samenwerkt met Zorgnetwerk Midden-Brabant (ZMBR), het regionale zorgnetwerk dat het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis vertegenwoordigt, evenals huisartsen, thuisverpleegkundigen, diëtisten en patiënten in de regio. In het HealthSuite Lab werken de organisaties aan de ontwikkeling van een nieuw regionaal model voor ‘connected health’ voor mensen met diabetes type 2 – een primeur in Nederland. Hiermee kunnen patiënten toegang krijgen tot – en controle krijgen over – hun eigen gezondheidsgegevens. Ook worden ze aangemoedigd om realistische persoonlijke doelen te stellen om hen te ondersteunen bij het nemen van belangrijke beslissingen met betrekking tot het managen van hun gezondheid en hun zorg. Op die manier streeft het project ernaar de zelfredzaamheid van diabetici te vergroten en hun kwaliteit van leven te verbeteren. Andere belangrijke doelstellingen zijn het verminderen van het aantal bezoeken aan zorgverleners en het vergroten van de therapie- en medicatietrouw. Het samenwerkingsproject is een goed voorbeeld hoe in het nieuwe co-creatiecentrum kan worden samengewerkt om samen zo oplossingen te ontwikkelen voor complexe intramurale zorgvraagstukken.

“Vandaag de dag gaat een toenemend deel van de totale zorguitgaven naar de snelgroeiende populatie van mensen die met een chronische aandoening moeten leven. Hierdoor zal de druk op zorgstelsels wereldwijd toenemen. Daarnaast zien we dat mensen in toenemende mate betrokken willen worden bij het managen van hun eigen gezondheid. De combinatie van deze factoren zorgt ervoor dat de focus van de gezondheidszorg aan het verschuiven is van traditionele modellen die zijn gebaseerd op opname in het ziekenhuis en (acute) behandeling bij complicaties, richting preventie en het thuis of in de buurt continueren van de zorg. Ons HealthSuite Lab gaat zorgverleners helpen om de ontwikkeling en implementatie van nieuwe geïntegreerde, patiëntgerichte ‘connected’ zorgverleningsoplossingen te versnellen die deze nieuwe modellen mogelijk moeten maken”, aldus Jeroen Tas, CEO van Healthcare Informatics Solutions & Services bij Philips.

“We willen patiënten beter in staat stellen om hun eigen conditie en gezondheid te beheren. Om dat voor elkaar te krijgen moeten we zorgen voor een betere opslag en uitwisseling van de gegevens die verschillende zorgprofessionals en patiënten verzamelen, en deze gegevens relevant en toegankelijk maken”, aldus Veronique Holtmaat, directeur Zorgnetwerk Midden-Brabant. “Door met Philips samen te werken in het HealthSuite Lab, krijgen we toegang tot een grote hoeveelheid kennis plus inzichten van andere stakeholders vanuit het gehele zorgspectrum, en kunnen we de volgende stappen zetten in het creëren van patiëntgerichte zorgverlening die echt op samenwerking is gebaseerd.”

De oplossingen die in het HealthSuite Lab worden ontwikkeld, zijn gebaseerd op het effectief verzamelen, analyseren en delen van gezondheidsgerelateerde gegevens, en worden mogelijk gemaakt door het HealthSuite Digital Platform, de veilige cloud-gebaseerde IT-infrastructuur van Philips.

Nadat deze faciliteit in Nederland is geopend, zal Philips ook op andere locaties in de wereld HealthSuite Labs gaan opzetten. Er zijn al vergelijkbare centra voor co-creatie gepland in Azië en de VS om de klanten in deze regio’s te ondersteunen.

Een betere behandeling bij een zeldzame aandoening

Patiënten met een zeldzame ziekte krijgen lang niet altijd de juiste medische behandeling. Dat geldt ook voor mensen met de spierziekte CIAP. Om daar wat aan te doen krijgen deze patiënten vanaf nu informatie mee voor hun revalidatiearts en huisarts. Daarmee worden de patiënten letterlijk informatiedragers. Zij zorgen ervoor dat de artsen weten welke behandeling ze moeten geven. Het nieuwe informatiemateriaal wordt op zaterdag 12 september tijdens het Spierziektecongres in Veldhoven gepresenteerd.

De spierziekte CIAP (voluit: chronische idiopatische axonale polyneuropathie) is een aandoening van de zenuwbanen buiten het centrale zenuwstelsel. Het gevolg van deze aandoening is dat patiënten te maken krijgen met onder andere spierzwakte, evenwichtsstoornissen, ernstige vermoeidheid en pijn. Deze verschijnselen worden langzaam erger. Ruim 10.000 mensen in Nederland hebben deze ziekte.

De ziekte is niet te genezen, maar aan de symptomen is wel veel te doen. Zo kan bijvoorbeeld een conditietraining onder deskundige begeleiding pijn- en vermoeidheidsklachten sterk verminderen en kan een instructie door een fysiotherapeut het valrisico verkleinen. Het resultaat is dat mensen veel meer aan het maatschappelijk leven kunnen deelnemen en bijvoorbeeld hun werk kunnen behouden. Helaas zijn er duizenden patiënten die een dergelijke begeleiding niet krijgen door onwetendheid bij veel artsen – en bij de patiënten zelf.

Spierziekten Nederland vindt dit een onwenselijke situatie. Daarom is er speciaal voor de huisartsen een brochure gemaakt, waarin alle behandelinformatie is samengevat. De huisarts kan dan gericht verwijzen naar bijvoorbeeld een fysiotherapeut of revalidatiearts. Deze papieren brochure wordt aan alle leden van de vereniging gestuurd en komt digitaal beschikbaar via de websites van het Nederlands Huisartsengenootschap (NHG), de Vereniging Samenwerkende Ouder- en Patiëntenorganisaties (VSOP) en Spierziekten Nederland. De VSOP heeft in samenwerking met Spierziekten Nederland en het NHG de brochure geproduceerd.

Tegelijk wordt tijdens het Spierziektecongres een voorlichtingsvideo ten doop gehouden over revalidatie en CIAP. In de video passeren alle belangrijke facetten van de revalidatiebehandeling de revue: aangepaste schoenen, valtraining, hulpmiddelen en ondersteuning door maatschappelijk werk. Spierziekten Nederland heeft de video gemaakt met medewerking van Revalidatiecentrum De Vogellanden in Zwolle en producent Bart Nelissen. De video laat patiënten zien wat de mogelijkheden zijn van revalidatie en spoort hen ook aan gebruik te maken van de beschikbare ondersteuning.

Laaggeletterdheid leidt tot medicatiefouten

Laaggeletterdheid leidt tot medicatiefouten en soms tot gevaarlijke situaties. Dat blijkt uit het boek ‘Kunt u dat even uitleggen? Verhalen van moeilijk lezende medicijngebruikers’ dat staatssecretaris Martin van Rijn van VWS op 7 september, in de week van de Alfabetisering, in ontvangst zal nemen. Het boek maakt deel uit van een door de KNMP en Expertisecentrum voor Gezondheidsverschillen Pharos geïnitieerde campagne voor begrijpelijke medicijnuitleg en herkenning van laaggeletterdheid.

“Het ene pilleke is het andere niet”, vertelt de 68-jarige Henk van Iersel in het boek. “Dat heeft mijn moeder eens ervaren. Ze kreeg een bloeding en in de paniek heeft ze in plaats van een plaspil een bloedverdunner genomen; die hadden toen opeens toevallig dezelfde kleur gekregen! Het is maar net goed afgelopen…” Van Iersels hele familie had moeite met lezen.

“Ik heb al lang last van migraine. Daar neem ik Sandomigran tegen”, vertelt de zestigjarige Ria Lucke die pas na haar vijftigste leerde lezen. “Ik dacht altijd dat er op het doosje ‘Eén keer per dag twee’ stond, totdat ik ontdekte dat er eigenlijk ‘Tweemaal daags één’ stond. Toen werkte het een stuk beter.”

De campagne bestaat naast het boek uit een interactieve tentoonstelling in het Museum voor Communicatie, een mini-documentaire met laaggeletterden en een e-learning voor verpleegkundigen, verzorgenden en apothekersassistenten met instrumenten om laaggeletterde patiënten te herkennen en te coachen bij hun medicijngebruik.

Recente cijfers van de overheid tonen aan dat meer dan 11 procent van alle Nederlandse volwassenen laaggeletterd is. Voorzitter Gerben Klein Nulent van de KNMP: “Ik pleit daarom voor meer aandacht in de zorg voor deze kwetsbare groep.” De organisaties werken hiervoor samen met Stichting Lezen en Schrijven, het Museum voor Communicatie en de Vereniging van Verpleegkundigen en Verzorgenden.