Hartinfarct snel uitsluiten voorkomt onnodige gang naar ziekenhuis

Een groot deel van de mensen met pijn op de borst heeft geen (dreigend) hartinfarct en hoeft bij nader inzien niet naar het ziekenhuis. Interventiecardioloog Cyril Camaro van het Radboudumc gaat onderzoeken of bij mensen thuis al snel en betrouwbaar is vast te stellen of iemand naar het ziekenhuis moet, of beter naar de huisarts kan. Berekeningen geven aan dat deze aanpak op nationale schaal mogelijk tientallen miljoenen euro’s aan besparingen in de zorg kan opleveren.Pijn op de borst is een indicatie voor een hartinfarct. De standaardreactie: onmiddellijk bellen, ambulance laten komen en snel naar de Harthulp of Spoedeisende Hulp in het ziekenhuis. ‘Uit diverse studies blijkt dat die rit naar het ziekenhuis eigenlijk niet nodig is voor ongeveer een op de drie patiënten”, zegt Cyril Camaro, interventiecardioloog in het Radboudumc. “Ruim dertig procent heeft zo’n laag risico op een hartinfarct dat er waarschijnlijk iets anders aan de hand is.”

Doelmatige zorg
Hoe kan worden bepaald wie echt vliegensvlug naar een ziekenhuis moet en wie het beste naar de huisarts kan voor verder onderzoek? Die vraag is precies de basis van het ARTICA-onderzoek dat Camaro begin 2019 in de regio Nijmegen gaat uitvoeren. Daarvoor kreeg hij van ZonMw een Doelmatigheidssubsidie van bijna een half miljoen euro.
“De patiënt met pijn op de borst moet gewoon direct blijven bellen”, zegt Camaro, “daar verandert niets aan. Een deel van de patiënten wordt zoals gebruikelijk meteen met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Deze groep fungeert als controle voor degenen die we op de nieuwe manier willen benaderen.”

HEART-score
De andere groep wordt door het ambulancepersoneel beoordeeld aan de hand van een vragenlijst, die kortweg is samen te vatten met het woord HEART. De geschiedenis (Historie) van de patiënt wordt bekeken, er wordt een hartfilmpje (Ecg) gemaakt, de leeftijd (Age) telt mee en er wordt een risicoscore (Risk) opgesteld met zaken zoals obesitas, diabetes en andere aandoeningen. Is deze HEART-score heel laag, dan is de kans op een hartinfarct minimaal. Verder wordt – voor alle zekerheid – ook de stof troponine (T) in het bloed gemeten. Troponine is een klein eiwit dat bij hartschade – bijvoorbeeld door een infarct – al snel in verhoogde concentraties in het bloed te vinden is.

Enorme besparing
Is de HEART-score laag, dan kan de patiënt voor verder onderzoek naar de huisarts om te zien waar de pijn op de borst vandaan komt. Camaro: “Soms ontstaat die pijn door maag- of spierklachten, door spanning of heeft iemand een luchtweginfectie of een longontsteking. Er zijn veel oorzaken die tot pijn op de borst leiden. Kunnen we op deze manier een hartinfarct bij veel patiënten uitsluiten, dan hoeven ze niet naar het ziekenhuis voor verder onderzoek. Dat geeft veel patiënten eerder duidelijkheid,  maakt efficiënter gebruik van ambulances mogelijk, houdt de schaarse plekken op de Hart- en Spoedeisende Hulp beschikbaar voor patiënten met ernstige(re) klachten en kan volgens onze berekeningen ook nog een enorme besparing opleveren. Als dit ARTICA-onderzoek uitwijst dat de aanpak werkt en hij wordt landelijk ingevoerd, dan kan dat tot wel veertig miljoen euro aan besparingen opleveren.”

Zeewier tegen ziektes

XL_wiervlog

Wetenschapper Monique Mulder van het Erasmus MC heeft onlangs een voorraad zeewier opgehaald in Zeeland. Hier gaat ze onderzoek mee verrichten.

Waadbroeken
Mulder en haar collega’s hebben de zeeplantjes zelf geknipt. Met hun waadbroeken stonden zij een hele dag in het koude Oosterscheldewater.

Zeeland
Na een paar weken, toen de zeewier was gedroogd, heeft Mulder de zeewier opgehaald uit Zeeland en meegenomen naar Rotterdam.

Diabetes
De voorraad wordt gebruikt voor onderzoek. Patiënten met type 2 diabetes eten 5 weken lang elke dag 5 gram ervan. Mulder: “We gaan kijken of het hun glucosespiegel gaat verbeteren.”

Studies
Zeewier wordt ook gebruikt voor andere studies. Lees meer op www.amazingerasmusmc.nl.

‘8 van de 10 grootste zorgverzekeraars onduidelijk over dementiezorg’

Alzheimer Nederland vindt de informatievoorziening van grote verzekeraars over vergoedingen voor dementiezorg onduidelijk. ‘’Zo ontbreekt bij maar liefst 6 van de 10 verzekeraars in de polisvoorwaarden en het vergoedingenoverzicht op de site zelfs informatie over casemanagement dementie of is die weggestopt in aanvullende voorwaarden’’, zegt Julie Meerveld, manager Belangenbehartiging Alzheimer Nederland. ‘’Dat terwijl casemanagement in de top drie staat van meest gewaardeerde zorg van de mantelzorgers.’’

,,Casemanagement heeft niet bij alle verzekeraars prioriteit, terwijl het een noodzakelijke randvoorwaarde is om thuis te blijven wonen. Het maakt ook onderdeel uit van het Pact Ouderenzorg, dat door 35 partijen is ondertekend, waaronder minister de Jonge en Alzheimer Nederland’’, aldus Meerveld. “Uit onze dementiemonitor mantelzorg blijkt dat bij slechts 3% van de mantelzorgers door de verzekeraar is bemiddeld bij casemanagement dementie, dus daar is een wereld te winnen”.

Alzheimer Nederland heeft inmiddels een brief gestuurd naar de tien grootste verzekeraars, waarin zij worden gevraagd om een gesprek om een en ander op te lossen. Behalve casemanagement dementie gaat het daarbij onder meer om de informatie van verzekeraars over  mantelzorgondersteuning en hulpmiddelen.

Tips en keuzewijzer
Eerder dit jaar ondertekenden verzekeraars het hoofdlijnen akkoord om ‘étalage informatie’ te bieden over wijkverpleging, direct zichtbaar en transparant, maar daar voldoen de meesten nog lang niet aan. Om mensen die naar dementiezorg zoeken op weg te helpen, heeft Alzheimer Nederland een keuzewijzer en tips opgesteld. De zorg rond dementie en de grootste zorgverzekeraars is op een rij gezet  op www.alzheimer-nederland.nl/zorgverzekering.

In een infographic wordt uitgelegd welke zorg onder welke verzekering valt. Daarbij gaat het onder meer om diagnostiek, casemanagement dementie, huisartsenzorg en mantelzorgondersteuning en respijtzorg. Maar ook om zaken als hulpmiddelen, therapie en tijdelijke opname.

Verder wordt besproken wat de basiszorg inhoudt, volgt uitleg over het wettelijk verplicht eigen risico en worden de aanvullende verzekeringen van de tien grootste ziektekostenverzekeraars vergeleken op een aantal thema’s, zoals mantelzorg, diagnostiek en hulpmiddelen. De vergelijking betreft de tien grootste Nederlandse zorgverzekeraars.

Tot slot komt ook de zorg aan de orde die niet onder de zorgverzekering valt, maar onder de Wmo of WLZ en worden ook de extra diensten en services van verzekeraars besproken.

Zorgverzekeraars onderzocht op vergoedingen dementiezorg
Alzheimer Nederland onderzocht en vergeleek de websites van: Zilveren Kruis, CZ, VGZ, Menzis, De Amersfoortse, DSW, Zorg en Zekerheid (OWM), ONVZ, Salland (als onderdeel van ENO) en De Friesland. Uit dit onderzoek kwamen CZ en VGZ het meest positief naar voren.