AMC krijgt nieuwe ingang met park

Het ontwerp ‘AMC Health Park’ heeft de ontwerpprijsvraag voor de nieuwe entree voor het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam gewonnen. Het winnende ontwerp is ingetogen, voor de nieuwe entree komt een park. “Het geheel komt sympathiek en vriendelijk over en sluit goed aan met de omgeving”, aldus de jury.

Het AMC, begin jaren tachtig in gebruik genomen, is dringend aan een nieuwe hoofdingang toe. Het huidige toegangsgebied, een jungle van asfalt en auto’s, maakt de entree niet erg plezierig. Ook leeft de wens dat het AMC één ingang krijgt voor het publiek, zodat de bezoekers binnen en overdekt naar polikliniek of ziekenhuis kunnen lopen. Nu zijn er nog twee ingangen.

Om het beste resultaat te krijgen, heeft het AMC een ontwerpprijsvraag uitgeschreven voor een veilige, gastvrije, transparante en comfortabele ontvangstruimte. De organisatie van de prijsvraag in twee ronden was in handen van Architectuur Lokaal. Iedereen kon in de eerste ronde een visie indienen. Het resultaat was zestig inzendingen, waaruit de jury vijf visies koos. Deze zijn uitgewerkt tot ontwerpen, die in augustus in het AMC geëxposeerd zijn.

Uit de vijf ontwerpen heeft de jury, met onder meer Rijksbouwmeester Floris Alkemade, zijn keuze gemaakt. Het winnende ontwerp, AMC Health Park, is van de hand van de samenwerkende architecten Maarten van Tuijl, Tom Bergevoet en Studio Nuy van Noort. Emile Spek, directeur huisvesting van het AMC en lid van de jury, is blij met de uitkomst van de prijsvraag. “We zijn blij dat veel ontwerpers aan de slag zijn gegaan. Er zijn veel visies ingediend, de prijsvraag heeft het niveau van de plannen zeker opgestuwd. Voor mij is dit het voorbeeld hoe een publieke instelling een opdracht moet verstrekken.”

Over het ontwerp zegt hij dat AMC Health Park op een goede manier verbinding maakt tussen het AMC met zijn directe en ruime omgeving. “Als je van het station Holendrecht komt, dan heb je meteen het gevoel dat je een verbinding hebt met het AMC. Je kunt ervan uitgaan dat er tussen het station en het AMC een van de bijzondere openbare ruimtes van Amsterdam komt te liggen.“ De voorbereidende werkzaamheden voor de bouw van de nieuwe entree beginnen voorjaar 2018. Eind 2019 is het project klaar. Met de realisatie van het winnende plan is een investering van ongeveer 10 miljoen euro (incl. BTW) gemoeid.

GfK: 9 op de 10 mensen koopt wel eens een zelfzorggeneesmiddel

Uit de GfK Zelfzorgmonitor 2017 blijkt dat 9 op de 10 mensen wel eens een zelfzorggeneesmiddel koopt. De meest gekochte producten zijn pijnstillers, gevolgd door middelen tegen griep en verkoudheid en voedingssupplementen. 6% van de consumenten koopt deze online. De zelfzorggeneesmiddelen worden het meest vaak bij de drogist gekocht (69%) gevolgd door de supermarkt (12%) en apotheek (11%). Sinds 2009 maakt GfK elke 2 jaar een Zelfzorgmonitor die inzicht geeft in het koopgedrag en de houding van consumenten ten opzichte van zelfzorggeneesmiddelen.

De consument maakt het meest gebruik van het offline kanaal omdat het product vaak op het moment gekocht wordt wanneer het ook echt nodig is. Het ‘direct’ hebben van het product of ‘ik was in de buurt van de winkel’ zijn de belangrijkste drijfveren om zelfzorgmiddelen in de fysieke winkel te kopen.

We zien wel een groei op online gebied; in 2015 liet 4% van de consumenten weten wel eens zelfzorgmiddelen online te kopen en in 2016 was dit 6%. De verwachting is dat de groei van online gestaag zal blijven toenemen. De belangrijkste redenen om online te kopen zijn ‘prijs’, ‘bezorging’ en ‘meenemen met andere boodschappen’.

De werkzaamheid is de belangrijkste reden voor consumenten om te kiezen voor een zelfzorgmiddel, gevolgd door persoonlijke ervaring of advies. Het merk van het middel is van minder belang.

De belangrijkste aspecten bij de aanschaf van een zelfzorggeneesmiddel zijn ‘goede bereikbaarheid’, ‘uitgebreid assortiment’, ‘mogelijkheid om zelf producten te pakken’, ’deskundigheid’, ‘ruime openingstijden’ en ‘prijs’. Drogisterijen worden het beste beoordeeld op 4 van de 6 aspecten (goede bereikbaarheid, uitgebreid assortiment, mogelijkheid om zelf producten te pakken en prijs). De supermarkt krijgt de meeste waardering vanwege de bereikbaarheid en ruime openingstijden en de consument kiest voor de apotheek om haar deskundigheid.

Helft 85-plussers voelt zich gezond, ook in tehuis

De ervaren gezondheid van zelfstandig wonende ouderen neemt af met de leeftijd. Onder tehuisbewoners neemt het gevoel van gezondheid juist toe. 85-plussers in verpleeg- en verzorgingshuizen voelen zich zelfs even vaak gezond als zelfstandig wonende 85-plussers, hoewel zij meer aandoeningen hebben en fysiek minder kunnen. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe analyses van de Gezondheidsenquête en het Onderzoek ouderen in instellingen.

In 2016 woonden 116 duizend mensen van 55 jaar of ouder langdurig in een verpleeg- of verzorgingshuis. Dat is 2 procent van alle 55-plussers. Dertig procent van deze instellingsbewoners is 90 jaar of ouder, drie kwart is een vrouw. Het aantal mensen in een verzorgings- of verpleeghuis neemt al jaren af. In 1998 woonden 141 duizend 55-plussers in een verzorgings- of verpleeghuis, 4 procent van alle 55-plussers. Vergeleken met 1998 is niet alleen het aandeel tehuisbewoners verminderd, zij zijn gemiddeld ook iets ouder.

Ouderen in instellingen: vaak een beperking en aandoening

SCP en CBS hebben in 2015/2016 onderzoek gedaan onder ouderen in verpleeg- of verzorgingshuizen. Zij vroegen 1,6 duizend tehuisbewoners naar hun gezondheid en leefsituatie. Deze ouderen bleven tot nu toe buiten beeld in CBS enquêteonderzoeken zoals de Gezondheidsenquête. Uit het onderzoek komt naar voren dat 8 op de 10verpleeg- en verzorgingshuisbewoners fysieke beperkingen hebben. 44 procent van de bewoners kampt met ernstige fysieke beperkingen, zij hebben bijvoorbeeld grote moeite om zichzelf te wassen, naar het toilet te gaan en zich aan- en uit te kleden. 37 procentheeft zeer ernstige fysieke beperkingen, zij kunnen niet meer zonder hulp in en uit bed stappen, of zelf opstaan uit een stoel.
De meeste bewoners hebben meer dan één chronische aandoening. Bijna 60 procent van de tehuisbewoners heeft twee tot vier aandoeningen, een kwart heeft vijf of meer aandoeningen. Slechts 4 procent van de ouderen heeft geen enkele chronische aandoening. Veel voorkomende aandoeningen zijn onvrijwillig urineverlies (55 procent), gewrichtsslijtage of chronische gewrichtsontsteking zoals artrose of reuma (42 procent), diabetes (21 procent), of de gevolgen van een beroerte (18 procent).

Ouderen thuis: vaker, maar niet altijd, gezond oud

Anders dan tehuisbewoners zijn zelfstandig wonende ouderen veel minder vaak ernstig beperkt, al gaan niet alle dagelijkse handelingen de thuiswonende 55-plussers gemakkelijk af. Zwaar huishoudelijk werk doet bijvoorbeeld maar 57 procent van de thuiswonende 55-plussers zonder moeite. Nu zijn zelfstandig wonende ouderen gemiddeld 17 jaar jonger dan ouderen die in een instelling wonen, en zij zullen om die reden minder beperkingen hebben. Als we kijken we naar de alleroudsten die zelfstandig wonen, de mensen boven de 80 jaar, dan is hun gemiddelde leeftijd ongeveer gelijk aan die van tehuisbewoners (85 jaar) en kunnen we een betere vergelijking maken. Ruim 6 op de 10 thuiswonende 80-plussers heeft moeite met traplopen, een derde met aan- en uitkleden. 52 procent heeft moeite met zich buitenshuis te verplaatsen. Van de tehuisbewoners heeft 90 procent moeite met traplopen, 76 procent met aan- en uitkleden en 80 procent zegt moeite te hebben met zich buitenshuis te verplaatsen.

Zelfstandig wonende ouderen boven de 80 hebben minder vaak last van (chronische) aandoeningen dan ouderen in verzorgings- of verpleeghuizen. Sommige aandoeningen komen ongeveer net zo vaak voor als bij tehuisbewoners, zoals diabetes (18 procent, bij tehuisbewoners 21 procent) en astma, chronische bronchitis of longemfyseem (13 procent, bij tehuisbewoners 15 procent).Andere aandoeningen zoals onvrijwillig urineverlies komen een stuk minder vaak voor (28 procent, bij tehuisbewoners 55 procent).