Nieuwe behandelingen in basispakket 2017

Het basispakket wordt met ingang van 1 januari 2017 uitgebreid met een aantal plastisch chirurgische ingrepen. Het gaat dan bijvoorbeeld om een bovenooglidcorrectie als er sprake is van ernstige gezichtsbeperking door verslapping of verlamming van het ooglid. Ook het operatief plaatsen van een borstprothese bij vrouwen en transvrouwen (man die vrouw wordt) zonder borstgroei komt in het basispakket. Minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport schrijft dit in een brief aan de Tweede Kamer over onder andere wijzigingen van het basispakket voor 2017.

Etalagebenen
Voor mensen met zogenaamde etalagebenen in de 2e fase, pijn door vernauwde bloedvaten in de benen, komt fysiotherapie in het pakket. Het Zorginstituut Nederland (ZIN) concludeerde in maart dat oefentherapie onder begeleiding (voldoende) effectief is in die 2e fase en in de meeste gevallen de voorkeur heeft boven vaatchirurgie. Voor deze groep patiënten bestaat vanaf 2017 aanspraak op 37 behandelingen verspreid over een jaar, daarbij worden dan ook de eerste 20 behandelingen vergoed. Hiermee verschuift zorg die in het ziekenhuis wordt verleend naar de fysiotherapie. Daarop zal de zorgverzekeraar moeten inkopen.

Tandvervanging
Jongeren tot 18 jaar hebben recht op het vervangen van blijvende snij- en hoektanden met implantaten als deze niet zijn aangelegd of door een ongeval geheel ontbreken. In de praktijk blijkt dit eigenlijk niet mogelijk te zijn omdat de kaak nog niet volgroeid is op die leeftijd. Vanaf 2017 komt er dan ook een recht op (uitgestelde) behandeling tot en met 22 jaar. Voorwaarde is wel dat het verlies of geheel ontbreken van de tand voor het 18e levensjaar is ontstaan.

Diabetes: meer risico op gebitsproblemen

Diabetes_vertelhetuwtandartsMensen met diabetes weten vaak niet dat diabetes een extra risico op gebitsproblemen met zich meebrengt. Maar dat hoeft niet tot een mindere mondgezondheid te leiden. Mensen met diabetes die goed voor hun gebit zorgen kunnen problemen voorkomen. Om patiënten daarop te wijzen start de KNMT op zondag 20 maart, Wereld Mondgezondheidsdag, een landelijke voorlichtingsactie.

Bij het ouder worden verliezen mensen tanden en kiezen. Mensen met diabetes lopen daarop meer risico dan anderen. Dat blijkt uit recent Amerikaans onderzoek. De onderzoekers van de Centers for Disease Control and Prevention analyseerden gegevens die gedurende 31 jaar van meer dan 35.000 Amerikanen zijn verzameld. Het bleek dat iedereen bij het ouder worden tanden verloor, maar mensen met diabetes dubbel zoveel; gemiddeld vier meer.

‘Mensen met diabetes lopen inderdaad een groter risico op problemen met hun gebit’,  reageert Hendrike van Drie, waarnemend voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (KNMT), de beroepsvereniging van tandartsen. ‘Dat komt doordat diabetes chronische tandvleesontsteking (parodontitis) kan veroorzaken. Als die ontsteking niet tijdig wordt behandeld kan dat uiteindelijk leiden tot verlies van tanden. Goede mondzorg kan veel problemen voorkomen.’

Op www.hoegezondisjemond.nl kan iedereen vanaf nu zijn kennis testen van diabetes en mondgezondheid. In de wachtkamer van de tandarts hangen posters die patiënten oproepen om tijdens hun controle te vertellen dat ze diabetes hebben. De tandarts kan dan helpen om gebitsproblemen te voorkomen.

De campagne van de KNMT is tot stand gekomen in samenwerking met Diabetesvereniging Nederland. Diabetes is met 1 miljoen patiënten de meest voorkomende chronische ziekte in Nederland.

KNMT: toegankelijkheid mondzorg moet beter

Lagere inkomensgroepen bezoeken minder vaak een tandarts dan hogere, zo blijkt uit maandag door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gepubliceerd onderzoek. De Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (KNMT) herkent de bevindingen helaas en maakt zich zorgen over de toegankelijkheid van de mondzorg. De beroepsvereniging doet een dringend appèl op eerstelijns zorgverleners, zorgverzekeraars, de overheid en politiek hun rol te pakken in het aanpakken van het probleem.

Uit de cijfers van het CBS blijkt dat 72 % van de mensen uit de laagste inkomensgroepen in 2015 naar de tandarts is geweest. Onder de hoogste inkomensgroepen was dit 84%. De KNMT vindt dat zorgelijk. Wie de jaarlijkse controle bij de tandarts mist, loopt immers het risico op onnodig hoge kosten later. Omdat er grote gebitsproblemen ontstaan of zelfs lichamelijke klachten veroorzaakt door problemen in de mond. En dat terwijl een controle twintig euro kost en een gebitsreiniging tien tot twintig euro; daarmee zijn veel mensen al geholpen.

Lagere inkomens, jeugd en ouderen
De beroepsvereniging van tandartsen ziet dat behalve bij lagere inkomensgroepen er ook problemen zijn bij de staat van de gebitten van de jeugd en kwetsbare ouderen. Om de problemen aan te pakken pleit de KNMT voor een doelgroepgerichte aanpak. Er moet sterker worden ingezet op voorlichting over hoe je je mond gezond houdt en het belang daarvan voor je algehele gezondheid. Met name een extra inspanning bij de consultatiebureaus is nodig – jong geleerd is immers oud gedaan. De KNMT roept ook overheden en zorgverzekeraars dringend de voorlichting over mondzorg veel actiever ter hand te nemen – zij bereiken ook de groepen die tandartsen nu niet bereiken.

Financiële steun voor minima
Daarnaast moeten er middelen beschikbaar komen om specifieke groepen te steunen. Gemeenten zouden financiële ruimte moeten krijgen om collectief aanvullende mondzorgverzekeringen af te sluiten voor minima, mondzorgspaarverzekeringen als Ixorg mee te financieren of regelingen in de bijzondere bijstand op te nemen.

Betere voorlichting
De KNMT doet zelf ook een hoop om mensen weer op controle te krijgen. Zo ondersteunt ze het Ivoren Kruis, dat voorlichtingsprogramma’s voor jongeren en ouderen aanbiedt, en ToothCamp, gericht op prepubers. Ook heeft de vereniging in 2014 het KNMT Fonds Mondgezondheid opgericht, dat mondzorgvoorlichting als opdracht heeft. Tot slot geeft ze voorlichting via het voorlichtingsplatform Allesoverhetgebit.nl en het Tandheelkundig Informatie Punt.

Betere samenwerking
Daarnaast werkt de KNMT, veelal samen met andere instanties in de mondzorg, aan het verbeteren van de mondzorg van ouderen. Zo zijn er breed gedragen initiatieven om te komen tot betere samenwerking in de eerste lijn, met huisartsen, thuiszorg en verpleegzorg. Uit CBS-onderzoek blijkt ook dat mensen die de tandarts mijden vaak wel bij de huisarts komen. De KNMT stimuleert dan ook op dat vlak signalering van mondproblemen, en doorverwijzing naar de tandarts.